Berichten

Bouwend Nederland: nog lang geen sprake van daling van grondstofprijzen in Nederland

Door ontwikkelingen in China en de VS dalen de prijzen van termijncontracten en lijken de grondstofprijzen te dalen. Maar in Nederland is daar nog helemaal geen sprake van, vertelt Jan Kets, adviseur en voormalig bestuurslid van brancheorganisatie Bouwend Nederland aan Vastgoedjournaal.

“Of de grondstofprijsdaling op de Nederlandse markt al te merken is? Totaal niet. Het is een feit dat er op de termijnmarkten een daling is, en die is substantieel, maar op de (woning)bouwmarkt in Nederland is te weinig van één materiaal nodig om die daling te merken.” Volgens Kets is er veelal niet zo zeer een grondstofprobleem, maar eerder een probleem binnen de verwerkingscapaciteit. “Ijzererts moet in een hoogoven gesmolten worden en vervolgens wordt het dan op allerlei manieren verwerkt. Hout kan gewonnen worden in een bos, maar moet door een zagerij heen voordat het bruikbaar is. Dáár zit het probleem.”

Tijdens corona zijn een aantal hoogovens gesloten. Er was toen ingespeeld op vraaguitval, maar die kwam niet. Vervolgens ging China extra door met bouwen en daar zag je een explosie in vraag naar staal. Sinds 9 weken is de staalindex in Nederland stabiel. Kets: “Alleen is hij stabiel op zijn top. Het is geen enkele punt gezakt.”

Hetzelfde geldt voor hout. Hout is volgens de index niet goedkoper geworden. Alleen bij plastic zijn er wekelijkse fluctuaties met een tendens naar beneden. “Maar dat is niet genoeg om van een daling naar normaal te spreken.”

Bouwcontracten
Verder zijn de bouwcontracten relatief star. Kets: “Tijdens de onderhandelingen wordt er in een contract gezocht naar ruimte  voor compensatie van onverwachte extreme stijgingen. Daarentegen concurreren bouwers onderling stevig op prijs. Dit betekent dat als er een daling komt, je dat meteen in de prijs terug zal zien. Over dalingen hoeven opdrachtgevers zich dus geen zorgen te maken. ”

Bouwend Nederland vindt dat de ontwikkelingen in China en de VS op de middellange termijn wel hoop brengt: “China is de grootste staalproducent, maar tegelijk ook de grootste staalgebruiker ter wereld. Als zij minder gebruiken, gaat de prijs hier ook stabiliseren en krijgen wij ook een daling. Het is dan mogelijk dat er in 2022 voorzichtig wat beweging naar beneden gaat. Maar dit jaar wordt dat niet verwacht.” Prijsdalingen voor hout worden eveneens dit jaar niet verwacht.

Bron: Vastgoedjournaal

 

,

Banken verwachten concurrentie vastgoedfinanciers

Nederlandse banken verwachten dat de totale vastgoedleningenportefeuille in ons land de komende jaren zal groeien.

Volgens de banken krijgen alternatieve financiers echter een steeds groter deel van de vastgoedportefeuilles in handen.

De banken zien de toename van de eigen vastgoedportefeuille daarom geen gelijke tred houden met de landelijke ontwikkeling. Dat schrijft KPMG in de zevende editie van zijn Property Lending Survey. In de editie van 2016 voorziet zo’n 80 procent van de Nederlandse banken dat de omvang van de totale portefeuille van vastgoedleningen de komende anderhalf jaar zal toenemen. Slechts 60 procent verwacht echter dat de eigen portefeuille zal groeien.

‘Het verschil tussen de verwachte groei van de eigen portefeuille en de groei van de totale markt wordt naar verwachting opgevuld door alternatieve financieringsbronnen’, zegt Frank Mulders van KPMG Real Estate Advisory. ‘In Nederland worden niet-Nederlandse commerciële banken als steeds grotere concurrenten van de traditionele banken gezien als het gaat om de financiering van vastgoed. En ook verzekeraars en pensioenfondsen eisen een steeds groter deel van de Nederlandse markt op.’

property-lending-barometer-2016-kpmg

Door de toenemende belangstelling voor vastgoed, neemt ook de vraag naar vastgoedfinanciering toe. Mulders: ‘Het aanbod van financiering is echter beperkt door het relatief geringe aantal vastgoedfinanciers in Nederland. Dit biedt dus kansen voor alternatieve verstrekkers van financiering.’ Overigens beschikken Nederlandse banken ondanks het verbeterde sentiment nog steeds over een portefeuille problematische leningen die zo’n 5 tot 7 procent van de totale portefeuille uitmaakt. Dit percentage ligt aanzienlijk hoger dan in bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk en Duitsland.

In deze landen zijn de meeste banken eerder gestart met de afbouw van hun problematische lening portefeuille. De onderzochte Nederlandse banken verwachten dat zo’n 65 procent van hun portefeuille problematische leningen succesvol kan worden geherstructureerd. Daarnaast hebben de verbeterde vooruitzichten en met name de beschikbare liquiditeit ervoor gezorgd dat het verschil tussen de marktprijs voor niet-presterende leningen en de boekwaarde is afgenomen, met meer transacties tot gevolg. (MvL)

Bronnen:

www.vastgoedmarkt.nl

Rapport Property Lending Barometer 2016 van KPMG